Je ouders verliezen.
Je hebt het meegemaakt of gaat het met de tijd meemaken.
Ik schrijf hier hoe ik overleefde toen ik mijn moeder verloor en het verlies doorleef.
Zo wil ik contact maken met jou.
Mama. Mam. Mammie. Moeder. Moe.
In het begin noem ik haar mama. Gaandeweg zij en ik ouder worden, verschuift het naar mijn moeder. In het Drents/Sallands gezegd: mien moe. Ze wordt ouder, brozer, en moe.
Haar schoot gaat verdwijnen. Dat heb ik echter niet door. Ik ben volop bezig met zwanger zijn, zelf moeder worden, voor't eerst.
Mijn vader is in 2001 onverwachts overleden. Over hem vertel ik later. In dit blog gaat het over mien moe.
Haar groene ogen vinden mijn bruine ogen
Nieuwjaarsdag 2005
In de middag zijn we bij mien moe op nieuwjaarsvisite. Het is gezellig, ik voel me gelukkig met mijn kindje in mijn hoogzwangere buik, geen vuiltje aan de lucht. Wat is het leven mooi. Na een tijdje gaan we. Ze zwaait ons uit bij de deur. Tot de volgende keer moe!
Drie uur later zijn we in het ziekenhuis. Mien moe is er ineens met spoed opgenomen met... een zware longontsteking?
We staan naast haar en bevatten niet wat er gebeurd is.
Ga maar naar huis hoor en wees zuinig op elkaar, kan ze nog net uitbrengen. Ik voel aan alles dat ze op is. Ja moe, doen we, ga maar slapen. Tot morgen.
Bij de deur kijk ik om naar mien moe die daar zo klein in het grote ziekenhuisbed ligt. De twee meter tussen ons lijken mijlen. Van haar felgroene kattenogen is de helft zichtbaar, haar oogleden hangen er half over. Haar groene ogen vinden mijn bruine ogen. Ik knik en denk tot morgen, dan ben je wat uitgerust en praten we verder.
Morgen weer een dag.
Op het randje
In de nacht die volgt, vraagt mijn moeder de verpleegkundige, of ze onder zeil gebracht kan worden, omdat ze op is, niet meer kan en toch wakker is.
Aan haar verzoek wordt voldaan. In de morgen horen we dat ze die nacht een zwaar hartinfarct heeft gehad. We vinden haar roerloos in een ander groot bed, tussen veel machines, draden en slangen.
Wakker worden is ineens geen optie meer. Daarvoor is ze te ziek. Machines hebben haar vitale lichaamsfuncties overgenomen. Een levensreddende operatie is in haar toestand niet meer mogelijk. Vervolgd door: uw moeder zal binnenkort overlijden. Bereid u zich voor op afscheid nemen van haar, aldus de artsen.
Tussen mien moe en mij ligt ineens een gapende kloof en ik sta op het randje.
Haar lichaam ligt er wel maar zij is toch weg. Zo ineens. Ik zag het niet aankomen. Nee, dit wil ik niet geloven. Heeft ze al afscheid genomen van ons? Was dat afscheid gisteren met haar woorden van wees zuinig op elkaar? Ze had met toch wel beter kunnen waarschuwen. Meer zeggen!
We waken met de naaste familie naast haar, dag en nacht. Misschien komt er toch nog een teken van leven, een gebaar, een half open groen kattenoog die mij ziet. Een woord over haar lippen die naar mij reikt. Ik wacht. Zij blijft stil. Alleen de machines maken geluid. Haar lichaamsfuncties gaan steeds verder achter uit en zullen uiteindelijk stil vallen, wordt er gezegd.
De schemer in de kloof tussen leven en dood
In de poort scheren straks een op handen zijnde geboorte en naderende dood langs elkaar heen.
Mijn handen houd ik als extra buffer, beschermend voor mijn buik, wanneer ik naast mijn stervende moeder en de oma van mijn kindje zit.
De dagen erop nemen we steeds afscheid. Na elk afscheid, blijft haar hart kloppen. We blijven waken en raken langzaam op. Mentaal en fysiek.
Op een gegeven moment denk ik zelfs: ga dan ook echt helemaal weg. Er is ook geen weg terug, je bent al gesprongen, en hangt nu in de schemer tussen leven en dood. Jij ziet mij en mijn kindje niet meer, ik zie jou niet meer.
Ook al ligt haar lijf daar, ik kan haar niet meer aanraken Dat deden we sowieso haast nooit. Zeggen ik hou van jou, konden we niet over onze lippen krijgen. Ook nu niet.
Als het een meisje is, noemen we haar...
Zullen we haar de namen van haar kleinkind vertellen zegt mijn man Gert Willem. Misschien hoort ze het? Een beginnende orkaan roert zich in mijn binnenste. Die verzwelgt me als ik de namen hardop zeg. Doe jij het maar, zeg ik.
Zijn stem trilt als hij zegt: Moe Zantinge, als het een meisje is, noemen we haar Lieke. Als het een jongetje is: Abe. Vertel je dat door aan va Zantinge die daar boven op je wacht? Ik sta er half bevroren bij. In een hoekje van mijn oog voel ik een traan doorbreken en dat veel tranen willen volgen. Rustig, adem in, adem uit zeg ik tegen mezelf. Duw de tranen terug. Niet nu. De sluizen mogen niet breken. Ik moet staan. Kop omhoog. Rug recht. Heel blijven om te zorgen voor mijn ongeboren kindje.
Ik geef mien moe geen kus
Donderdag 6 januari 2005
Vier dagen lang nemen we afscheid. Mijn moeder gaat niet. Haar lijf wordt het laatste stukje van haar reis, al die dagen vastgehouden door draden van de machines. Die houden haar roer in handen.
Ons ouderlijk gezin wordt in een noodgebouw in het ziekenhuis bij elkaar geroepen.
Jullie moeder kan echt niet beter worden en haar lichaam houdt het wonderbaarlijk vol. We kunnen haar ontkoppelen van de machines en dan zal het afscheid sneller gaan, zeggen de artsen.
Mijn beide broers, zus en ik weten. Weten, dat dit moet gebeuren.
Ik durf het daar niet te zeggen, maar voel ergens ook opluchting.
De dag erop breken de laatste momenten aan. Gert Willem vraagt of ik haar nog een kus geven wil geven. Een kus? Ik schrik ervan. Nee, ik zit vol met het leven van het kindje in mij, en mijn moeder is al onderweg naar de dood.
Het voelt ook alsof mijn moeder me heeft verraden. Juist nu ik bijna moeder wordt, gaat zij weg, zonder het me goed genoeg te zeggen. Als ik haar kus, is het een judaskus. Ik geef haar geen kus.
In een kring staan we om haar heen
Ik zal wel naast haar staan als de machine draden haar lichaam loslaten en ze haar lichaam kan verlaten en de begrafenis mee helpen regelen.
Daarna trek ik me terug. In een bubbel met mezelf, mijn man en mijn kindje in mijn baarmoeder. Ik ga me richten op het laatste stukje van de zwangerschap, op bevallen. Niet op afscheid nemen van mijn moeder. Dat parkeer ik voor later.
Met de naast familie staan we in een kring om onze moeder, schoonmoeder en oma heen.
De machines worden ontkoppeld en het roer komt weer in handen van mien moe.
Er kringelt iets uit haar gezicht
Mijn moeders lijft reageert er op en maakt voor het eerst sinds dagen geluid en slaakt een zucht.
Er kringelt iets uit haar gezicht, dit keer is het niet haar welbekende sigarettenrook.
In de lucht vlak boven haar gezicht is een korte trilling te zien die even snel als die was gekomen, ook weer verdwijnt. Waar is het naar toe gegaan, komt er meer? Was dat mien moe? Misschien moet ik beter kijken en van dichtbij dus buig ik dichter naar haar toe. Zie ik nog iets?
Ineens komt met kracht haar tong naar buiten. Ik schrik me rot. Alsof ze haar tong uitsteekt naar me. Zo typisch mien moe. Ik deins terug. Het is een lichaamsreflex, zegt de zuster zachtjes achter ons. Misschien komt er toch nog iets, hoop ik. Een blik, een woord, een gebaar. We wachten.
Mijn hart is hard
Haar lichaam blijft stil.
We blijven wachten.
Het blijft stil.
Ze is echt weg.
Zonder nog wat te zeggen.
Zonder mij te zien.
Ik voel bevroren.
Mijn hart is hard.
Ik zie en voel een wak aan intense gevoelens in mij en schuifel erbij achteruit, weg van het randje. Breng mijzelf en de kleine in mij, in veiligheid.
Ik kan hier niet bij stil staan. Ik moet door. Net zoals mijn moeder ook deed.
De dozen gaan diep de kelder in
In de dagen erna regelen we met de familie het afscheid. Mijn moeder wordt naar de aula gebracht omdat dit de enige optie is die we kennen.
Soms bezoek ik mijn moeder in de koude aula. Ga je mee naar oma in de aula kijken zeg ik tegen de 7 jarige Eva, dochter van Gert Willem. Voor haar is dit de eerste keer. Moet je daarvoor betalen vraagt zij? Nee joh. En later denk ik, ja daar betaal je wel voor.
Ik schrijf woorden voor mijn moeders afscheid en lees ze voor bij de dienst. Daar sta ik wel maar waar ik echt ben, weet ik niet.
Eva maakt als we thuis zijn, een gedenkplekje in de tuin met steentjes en bloemetjes voor oma Tinie. Ik wil en kan het niet aanzien.
Mijn moeder heeft me verlaten. Ik ga haar nu niet herdenken. Wil zo weinig mogelijk er aan herinnerd worden, want dat is rauw.
De week erop moet mijn moeders woning snel leeggehaald. De volgende huurder staat klaar. In een paar uur ruimen we de woning op, beslissingen worden snel gemaakt, dit kan weg, dat blijft. Ik stop wat ik meeneem, in 2 kleine dozen. Eenmaal thuis gaan die dozen meteen diep de kelder in zodat ik ze niet hoef te zien.
Kelder dicht.
Hart dicht.
Ik voel me zo misselijk dat ik ervan moet overgeven. Dat is eruit. En de rest is geparkeerd, letterlijk en figuurlijk.
Nu ga ik moeder zonder moeder worden...
... en in het volgende blog Moeder met moeders vertel ik je hoe dat gaat en voelt.
Reactie plaatsen
Reacties
mooi en zo onbesmuikt eerlijk je gevoelens beschreven, Sonja . Maakt het oprecht fijn om bij je in je buurt te zijn. W
Heel mooi geschreven Sonja.. Heel bijzonder en verdrietig maar toch mooi.. Ik moest even een paar tranen wegpinken, en tussen het lezen door nog even denken aan de herinneringen die ik nog heb van oma ❤️
Ja jouw oma. Vertel me maar eens een keer je herinneringen. Zo bijft ze ook leven. En dan proosten wij samen op haar en dit leven!
Lieve Sonja,
Kippenvel!
Mijn moeder ging ook zo snel, zomaar, binnen 11 dagen. Mijn vader 4,5 jaar ervoor.
Ik was hoogzwanger van mijn eerste kindje en hen eerste kleinkind. Zij is geboren nog geen 40 uur, nadat m'n moeder overleed.
Het gevoel, van het dubbele, alles loopt altijd samen. Dood en geboorte verdriet en rouw, feest en verdriet. De eerste momenten mét kind zijn de eerste als wees. Er kwam een generatie bij en ineens ben je zelf de oudste. Het is niet te bevatten en het zit 'm in alles, in elk moment.
Veel sterkte, ik heb jaren gezocht naar iemand die hetzelfde mee had gemaakt en toch is ieders verhaal anders. Maar ik kreeg kippenvel van het jouwe, van herkenning, van alle gevoelens, het dubbele leven, en het spijt mij dat het jou ook moest overkomen.. ♡
Dank je wel Margot voor het vertellen van dit.
Hoe jij het dubbele ook zo treffend omschrijft. Het zit'm in alles. Geen enkel verhaal hetzelfde, jouw verhaal is van jou en uniek en toch hier en daar herkenning. Als ik dat van jou lees, voelt die herkenning ❤.
Jouw vader die 4,5 jaar er voor overleed. Mijn vader ging 4 jaar ervoor.
In een volgend blog schrijf ik meer over mijn gevoel en ik ben benieuwd of je daarin ook iets herkent en of andere gevoelens ervaart.
Voel me diep verbonden met je…. en geraakt… door je verhaal, je oprechtheid, je moed, je echtheid… door wie je bent…. dank je wel lieve Sonja
Lieve Ann, wat voel ik me ❤ met jou!
Jij hebt me ook leren stilstaan bij mijn gevoel.
Dank je wel.
Ik ben er stil van, wat heb je dat mooi geschreven. Afstandelijk, maar daardoor juist ook niet. Je wilde jezelf geen ruimte geven voor het verdriet, maar verdriet parkeer je niet, dat weet jij nu ook.
Stil... 🌟 Wij kunnen samen ook heel fijn 💛 stil zijn hè.
Tijdens het schrijven van dit blog, zijn er vaak en veel tranen gekomen. Langzaam raakten ze op. Het gemis blijft en de ❤ en dankbaarheid die voel ik. Vertel ik meer over in het volgende blog.
Wat een gevoelig verhaal Sonja! Prachtig verwoordt!
Dat vind ik zo mooi dat jij het gelezen hebt Jaap daar 'helemaal' in Waarland en toch zo dichtbij!
Prachtig en ontroerend verhaal. Rauw, verfijnd, eerlijk en verdrietig. Alles tegelijk. Je weet het heel goed te beschrijven Sonja.
Dank je lieve Sietske. De emoties komen en gaan, en een gedeelte komt in woorden. Jouw woorden voelen ❤.
Prachtig ...en tegelijk zo verdrietig , lieve zus 💋❤️
Van alles bij elkaar hè lieve broer. Ik voel me ❤ ermee en met jou!
Prachtig verhaal,ik ben een slechte lezer maar nu in 1 adem, bijna dan!!
Haha bijna..😊. Het heeft iets in jou geraakt, hoe ❤ Jacqueline
💞
💞 ik dacht van't weekend nog aan je!